Hallucinaties bij Alzheimer

De ziekte van Alzheimer zorgt er dat de hersenen van de persoon degeneren en dat hij dement wordt. Een symptoom dat bij Alzheimerpatiënten kan voorkomen is het ervaren van hallucinaties of waanbeelden, al komen ze niet bij iedereen voor. Dit kan frustrerend en angstaanjagend zijn voor de persoon en zijn omgeving.

Deze hallucinaties betekenen dat de personen zintuiglijke prikkels voelen die er in de werkelijkheid niet zijn. Hij hoort, ziet, ruikt, voelt of smaakt dus gevoelens die er niet zijn. De meest voorkomende hallucinaties zijn de auditieve en de visuele hallucinaties. Het is moeilijk om de persoon te overtuigen dat deze prikkels er niet zijn, want hij ervaart ze als de werkelijkheid en zelfs zijn zenuwen reageren hierop. 

Oorzaken van hallucinaties

De visuele hallucinaties komen dus het vaakst voor. Hierbij ziet de Alzheimerpatiënt voorwerpen of personen die er niet zijn. Deze hallucinaties, die echter slechts occasioneel voorkomen, kunnen het gevolg zijn van een verkeerde interpretatie van alledaagse voorwerpen. Dit kan er dus voor zorgen dat het moeilijk is voor een persoon om normaal te functioneren in de maatschappij. 

Andere oorzaken van hallucinaties zijn bepaalde ziektes, neveneffect van medicatie of een slecht zicht. Naast de visuele zijn het dus voornamelijk de auditieve hallucinaties, waarbij de persoon stemmen of geluiden hoort die er niet zijn. Een indicatie van deze hallucinaties kan zijn als de persoon tegen zichzelf begint te praten alsof hij in een conversatie is met iemand anders of dat de persoon uit het niets begint  te schreeuwen.

Reactie op de hallucinaties

De reactie van de Alzheimerpatiënten op de hallucinaties kan zeer variërend zijn. Er zijn personen die beseffen dat hun verbeelding aan het spelen is en die hier dus niet op reageren. Andere personen kunnen echter moeilijker het onderscheid maken tussen de werkelijkheid en de hallucinaties. Ze kunnen dan hulp vragen aan andere mensen om te bevestigen wat er wel en niet is. 

De hallucinaties kunnen toenemen naarmate de Alzheimer verder gevorderd is. Het kan dan ook zeer hulpzaam zijn voor de patiënt als hij begrip krijgt van andere mensen. Toon begrip voor de patiënt en zeg dat je begrijpt dat het frustrerend is. Bovendien kan het ook helpen om de persoon af te leiden, want hallucinaties komen immers minder voor als de persoon bezig is. Het is echter niet nuttig om met de persoon in discussie te gaan over de hallucinatie.

Als na verloop van tijd de hallucinaties blijven aanhouden is het aangewezen om de huisarts te raadplegen. Hij kan immers medicatie voorschrijven of andere oplossing aanbieden, zoals bijvoorbeeld therapie. Begeleiding van de patiënt is immers zeer belangrijk.