Vocht in huis

Uit onderzoek is gebleken dat een vijfde van de woningen te kampen heeft met vochtproblemen. Vooral het najaar en de winterperiode zijn momenten waarop de meeste vochtproblemen zich voordoen. Wat kun je doen om ervoor te zorgen dat jouw huis niet één van de vijf wordt?

Wat als er te veel is? 

In elk huis is er vocht aanwezig en dat is perfect normaal. We transpireren allemaal, ademen uit, koken, wassen, douchen… maar het wordt pas een probleem als er te veel is. Te veel vocht in huis heeft heel wat negatieve gevolgen voor de woning, maar ook voor de gezondheid van de bewoners. 

Enkele voorbeelden van vervelende zaken zijn: condensatie, vochtvlekken op de muren en het plafond, schimmel, afbladerend behang, een muffe geur… Wij houden hier niet van, maar sommige diertjes wel. De huisstofmijten zijn dol op vocht, maar wij zijn niet dol op die beetjes. Ze veroorzaken namelijk allergische reacties, vooral bij mensen met chronische aandoeningen aan de luchtwegen.

Hoe krijg je vocht? 

Er zijn verschillende redenen waardoor er een teveel aan vocht in huis kan komen. Bodemvocht is een eerste soort. Dit is het vocht dat door de droge grond naar boven wordt gezogen. Een goede fundering kan dit al voor een groot deel terugtrekken. Vooral bij oudere woningen is lekkage of regendoorslag een probleem. De regen sijpelt de woning langzaam binnen via de buitenmuren. Een teveel aan woonvocht is ook een probleem. Zorg daarom voor voldoende verluchtingsmogelijkheden zoals een goede dampkamp in de keuken. 

Tips

• Verlucht de ruimte goed en regelmatig. Zorg voor een goed werkende dampkamp en zet de ramen regelmatig open.
• Minder vocht verspreiden kun je doen door bijvoorbeeld de douche of het bad uit te kuisen na gebruik. Dit zijn kleine zaken, maar ze kunnen zorgen voor verschil!
• Zet de verwarming ’s nachts niet te laag, zeker niet lager dan 15°C.
• Plaats meubels niet de dicht tegen de muur. Op die manier kan de lucht beter circuleren.