Symptomen ziekte van Parkinson
De symptomen van de ziekte van Parkinson verschillen van patiënt tot patiënt, komen langzaam en in onwillekeurige volgorde naar boven:
- Beven (tremor): vooral extremiteiten als handen,voeten en kin. Het hoofd blijft ervan gespaard. De bevingen worden erger bij vermoeidheid, concentratie en emoties. De bevingen komen in het begin steeds maar aan een kant voor en verdwijnen later.
- traagheid van de bewegingen (akinesie): de bewegingen zijn trager en minder breed. De patiënt beweegt zich onder meer voort met kleine pasjes. De armen blijven daarbij naast het lichaam hangen.
- stijfheid van de ledematen (hypertonie): stijfheid van een arm of been. Het lidmaat blijft dan staan in de positie waarin het werd gezet.
- gebogen houding en evenwichtsstoornissen: patiënten staan voorover gebogen met de knieën en ellebogen gebogen. Daardoor vallen ze ook vaker.
- In een later stadium kan de ziekte nog leiden tot symptomen als:
- uitdrukkingsloos gezicht
- spraakstoornissen
- moeilijkheid met slikken
- geheugenverlies
- depressie
We kunnen de ziekte onderverdelen in vijf verschillende fasen:
Fase 1 ziekte van Parkinson:
- Er is sprake van zeer lichte klachten
- Symptomen treden op aan slechts een kant van het lichaam en bestaan uit stijfheid, beven in rust en bewegingsarmoede
Fase 2:
- Er is sprake van lichte klachten aan beide zijden van het lichaam, zoals een slechte houding, problemen bij het lopen en spreken
Fase 3:
- De patiënt vertoont matige klachten aan beide zijden van het lichaam
- Hij vertoont eerste tekenen van evenwichtsstoornissen
- De patiënt functioneert zelfstandig maar wordt beperkt in zijn activiteiten
Fase 4:
- De patiënt vertoont ernstige klachten aan beide zijden van het lichaam
- De patiënt wordt steeds trager in zijn bewegingen en heeft steeds meer hulp nodig bij het uitvoeren van alledaagse activiteiten
Fase 5:
- De patiënt vertoont heel ernstige klachten aan beide zijden van het lichaam
- De patiënt is gebonden aan bed of rolstoel