Oorzaken galstenen

Galstenen hebben niet meteen een duidelijke oorzaak. Aangezien ze voor een groot deel uit cholesterol bestaan, is het logisch dat een te hoog cholesterolgehalte sneller galstenen zal veroorzaken. Bovendien komen ze ook vaker voor in sommige families, zodat het ook erfelijk gerelateerd is. Maar de juiste bestaansreden is dus onduidelijk.

Risicofactoren

Er zijn wel een paar factoren die het waarschijnlijker maken dat je te maken krijgt met galstenen, maar dat zijn niet echt directe oorzaken. Zo hebben zwaarlijvige mensen meer kans op galstenen en mensen met een hoog vetgehalte in het bloed hebben ook een verhoogd risico. Vooral vrouwen hebben last van dit verhoogd risico. Zelfs een lichte vorm van overgewicht kan al leiden tot een verhoogd risico op galstenen. De reden hiervoor is vrij duidelijk: overgewicht leidt tot een hoger cholesterolgehalte in je bloed en dus een verhoogd risico op galstenen.

Bovendien hebben zwangere vrouwen ook een verhoogd risico op galstenen door de verhoogde aanwezigheid van oestrogeen. Dit kan ook voorkomen door een hormonenbehandeling of anticonceptiemiddelen. Oestrogeen leidt namelijk tot meer cholesterol en een verlaagde activiteit van de galblaas. Het is dus duidelijk dat vrouwen een hogere kans op galstenen hebben. Dit is ook wetenschappelijk bewezen: vrouwen tussen de 20 en 60 hebben dubbel zoveel kans als mannen op galstenen. Ook mensen boven de 60 hebben meer kans op galstenen.

Medicijnen kunnen ook een factor zijn. Cholesterolverlagende medicijnen hebben zelfs een averechts effect want ze verhogen het risico op galstenen. Het cholesterol komt dan namelijk voor in het gal waardoor er galstenen zullen ontstaan.

Mensen met diabetes hebben doorgaans een verhoogde aanwezigheid van een bepaalde, vettig zuur. Dit zuur, of triglyceride, verhoogt het risico op galstenen. Hiernaast hebben mensen met een bepaalde voedselallergie ook een hogere kans op galstenen.

Ten slotte kunnen er bij plots gewichtverlies ook galstenen ontstaan. Dit gebeurt doordat het lichaam het vet moet verbranden en de lever dan cholesterol in het gal inbrengt. Mensen die vasten hebben een galblaas met een verminderde activiteit. Het gal kan overgeconcentreerd geraken met cholesterol, wat tot galstenen kan leiden.