Liposuctie: de operatie
Een liposuctie is een ingreep waarbij het vet wordt weggezogen op plaatsen waar het ongewenst is. De operatie vindt meestal plaats onder volledige verdoving. Enkel kleine ingrepen kunnen gebeuren onder lokale verdoving.
Een droge liposuctie is een ingreep waarbij het vet wordt weggezogen door gebruik te maken van onderdruk in de zuigbuis. Die zuigbuis wordt via kleine incisies ingebracht. Door de buis uit te rusten met een trilmechanisme kan het vetweefsel vloeibaarder gemaakt worden.
Bij een natte liposuctie wordt het vetweefsel dat weggezogen moet worden via de kleine sneetjes geïnjecteerd met een vloeistof. Zo wordt het vetweefsel gemakkelijker weggezogen en verliest de patiënt minder bloed. Daarna brengt de chirurg de zuigbuis in via de huidsneden. Deze zuigbuis is aangesloten op een krachtige zuigpomp. Het vetweefsel wordt dan weggezogen. Tegenwoordig worden de meeste liposucties op deze manier uitgevoerd.
Nadat de gewenste vetcellen weggezogen zijn, worden de huidsneden gehecht. Soms moet men een aantal drains inbrengen om het overtollige huidvet af te zuigen. Na een of twee dagen kunnen die meestal weggehaald worden. Een operatie duurt gemiddeld zo’n twee uur.
Een voorwaarde om de operatie te kunnen ondergaan is dat de huid voldoende elastisch is. Als de huid minder elastisch is of de patiënt last heeft van sinaasappelhuid of cellulitis , kan men wel een dermolipectomie uitvoeren. Dat betekent dat het vet eerst weggesneden wordt. Het grote nadeel is dat er dan littekens zichtbaar blijven.
Er bestaan ook een aantal technieken waarbij gebruik gemaakt wordt van geluidsgolven of lasers om de zuigbuisjes gemakkelijker in het vetweefsel in te brengen.