Hoe plaats je terrastegels?

Een terras plaatsen is een moeilijke procedure. Wil je het zelf doen, dan zijn er een aantal tips en richtlijnen waaraan je je best houdt. Alvast een eerste tip: zie je het jezelf niet doen, huur dan best professionals in.

Voorbereiding

Het allerbelangrijkste is een goede ondergrond vinden. Begin op de gewenste plaats en in de gewenste grootte te graven tot je een stevige laag tegenkomt. 15 cm diep is de ideale diepte. Heb je dieper moeten graven, dan vul je het met een stenen laag. Vind je geen stevige laag, gebruik dan een wapeningsnet.

Zandlaag

Span touwtjes op 8 cm voor de zandlaag. Doe dit heel nauwkeurig. Hou ook rekening met een helling van 2% naar de tuin toe. Zo zorg je voor een goed waterafloop.

Meng zand met water en beton in een betonmolen. Giet het mengsel met een kruiwagen in de uitgegraven ruimte. Verspreid het met een schop zo vlak mogelijk.

Leg paslatten op het vlakke zand net onder het touwtje. Hou rekening met de helling. Klop het zand dan voldoende aan met vloerplakspaan. Het is belangrijk dat je geen stukje over het hoofd ziet. Daarna rei je het overtollige zand af met een reilat. Steun daarvoor op de paslatten. Begin bij de gevel en maak een zigzagbeweging tot aan de tuin.

Tegels

Op het zand waar je tegels gaat plaatsen, breng je met een truweel een droge mortellaag aan. Maak geen te groot oppervlak, anders wordt de mortel onbruikbaar. Dan kan je beginnen met de tegels te plaatsen. Hou rekening met een voeg van 1 cm (ook naar de gevel toe). Zorg ervoor dat de tegels evenwijdig met de gevel zijn. Span een touwtje als je dat nodig vindt. 

Tip: Neem tegels van verschillende paletten om mooie kleurschakeringen te krijgen.

Stuur de helling bij en werk oneffenheden weg door de tegels met een rubberen hamer aan te kloppen. Je kan dat ook doen door middel van een houten plank. Kijk elke tegel na met een waterpas om plasvorming te voorkomen.

De voegen aan de gevel vul je best met een siliconenspuit. De rest van de voegen mag je met eenvoudige mortel vullen.